Het voorbije jaar is in financieel opzicht tamelijk rampzalig verlopen, een jaar van verliezen en hoge prijzen. Het was ongekend turbulent en onzeker, en we tuimelden van de ene crisis in de andere. Het nieuws ging van oorlog naar energiecrisis, van torenhoge inflatie naar klimaatcrisis, van woningnood naar energiearmoede. Terwijl ondertussen de economie op toeren draait en er overal om personeel geschreeuwd wordt. De Nederlandse burger is dit jaar een stuk armer geworden. De ongekend hoge inflatie, meer dan 10 procent, hakt er flink in. De hoge energieprijzen en dure boodschappen trekken de portemonnee leeg. De aandacht gaat daarbij uit naar betaalbaarheid en inkomen, energiearmoede en voedselbanken, en hogere lonen en uitkeringen. Spaargeld levert weinig op, met de huidige spaarrente zijn het slechts kruimels. Het spaarpotje van huishoudens is volgens De Nederlandsche Bank (DNB) dit jaar wel met 33 miljard euro gegroeid, ondanks de minieme spaarrente. Weliswaar is de spaarpot voor een flink deel aangedikt in de coronapandemie omdat we door lockdowns minder konden uitgeven, maar dit jaar verdienen we goed en houden we meer over. De Nederlandse huishoudens samen beschikken eind oktober over 422,8 miljard euro spaargeld. We zitten dus niet op zwart zaad, alleen is het geld door de inflatie nu wel zo’n 10 procent minder waard. De financiële markten hebben dit jaar ook tikken gekregen door alle turbulentie. De oorlog in Oekraïne, de hoge energieprijzen en de gierende inflatie, en daarna de hogere rente en angst voor een recessie, de beurskoersen zigzagden met pieken en dalen. Eigenlijk is het verbazingwekkend dat de verliezen op de beurzen met al die hobbels niet groter uitpakten. Maar beleggers hebben dit jaar veel geld verloren. De financiële markten deinden het hele jaar mee op de golven van de crises, de hoge inflatie en de stijgende rente en de beurzen eindigen het jaar in mineur. Bij beleggersvereniging VEB spreken ze van een “erbarmelijk beursjaar”, door de lagere beurskoersen verloren beleggers als groep veel geld. Nederland telt 8,1 miljoen huishoudens, daarvan zijn volgens beurstoezichthouder AFM 1,9 miljoen huishoudens actief bezig met beleggen in aandelen, obligaties en beleggingsfondsen. In november 2022 bedroegen de totale beleggingen 161,8 miljard euro. Aan het begin van het jaar was dat nog 182,8 miljard euro, wat dus betekent dat deze groep beleggers 21 miljard euro verloren hebben. Bij de in aandelen beleggende particuliere huishoudens is energiebedrijf Shell het populairst: daar is het meeste geld in gestoken, bijna 5 miljard euro. Naast Shell kunnen ook ASML, ING, Unilever en Ahold rekenen op een miljardeninleg, naast Tesla en Apple, zo blijkt uit cijfers van DNB. De meeste aandelenbeurzen sluiten het jaar af met verlies, de Amsterdamse AEX bijvoorbeeld eindigt 13 procent lager. Elders in de wereld is het niet beter, zo bedraagt het jaarverlies op Wall Street voor de Dow Jones 10 procent, en gaat technologiebeurs Nasdaq maar liefst 34 procent lager het jaar uit. Op de beurs zijn de aandelen die dit jaar nog koerswinst wisten te behalen op één hand te tellen, waaronder olie- en gasconcern Shell en telecombedrijf KPN. De rest van de aandelen leed koersverlies, soms zwaar. Zo raakte medisch technologiebedrijf Philips 57 procent kwijt, betaalplatform Adyen 44 procent, en maaltijdbezorger Just Eat Takeaway 59 procent. Tel bij het brede beursverlies de hoge inflatie op en je zit als belegger met een koopkrachtdaling van 20 procent. Beleggen heeft dus dit keer geen bescherming geboden tegen de geldontwaarding. Ook beleggen in obligaties werkte niet, de oplopende rente zorgde voor koersdalingen en een van de slechtste beleggingsjaren ooit. Om de gierende inflatie aan te pakken maakten de centrale banken, de Amerikaanse Fed voorop, een begin met het optrekken van de rente. Met een hogere rente wordt een rem gezet op investeringen en kredieten, en daalt de vraag naar spullen en diensten, waardoor de economie afkoelt en de inflatie daalt. Daarmee komt wel een economische recessie van een paar kwartalen in beeld. De centrale banken zijn nog lang niet klaar met de rente. Misschien in een iets minder hoog tempo dan tot dusver, maar de rente zal de komende maanden tot aan de zomer strak blijven stijgen. Volgens DNB-president Klaas Knot zit de Europese Centrale Bank met de rente pas op de helft van wat nodig is. “Het risico dat we te weinig doen is nog altijd groter dan dat we teveel doen”, zei Knot onlangs tegen de Financial Times. Doorgaans zijn beleggers beducht voor een hogere rente want die is niet goed voor de beurskoers van ondernemingen die met veel geleend geld zijn gefinancierd. Vooral techbedrijven en groeibedrijven zijn door de oplopende rente de afgelopen maanden in de problemen gekomen, omdat ze veelal met geleend geld op de been gehouden worden. Ook voor de crypto-industrie was het een dramatisch jaar. Bitcoins en andere crypto’s blijken niet bepaald een waardevast anker te zijn in onzekere tijden. Cryptobedrijven vielen ten prooi aan fraude en diefstal bij gebrek aan regelgeving en toezicht. De cryptomarkt is verschrompeld. Op het hoogtepunt, in november 2021, hadden crypto’s samen een marktwaarde van 4000 miljard dollar. Nu is dat nog maar 800 miljard dollar. Noch spaargeld, noch beleggen, noch bitcoin heeft het kortom kunnen winnen van de inflatie.
Na twee jaar weer stappen met Oud en Nieuw: jongeren en horeca zijn er klaar voor
Na twee jaar thuis Oud en Nieuw vieren, kan het weer volop: de club of kroeg in. Voor veel jongeren is het zelfs de eerste keer dat ze uitgaan met…