Een Palestijnse man die gisteren door Israëlische militairen werd neergeschoten in Jenin, is aan zijn verwondingen overleden. De man raakte gewond bij een poging van Israël om twee broers te arresteren van de man die donderdag een aanslag pleegde in Tel Aviv, waarbij drie Israëliërs om het leven kwamen. De broers zouden in een wegrijdende auto hebben gezeten, die werd beschoten. De man die werd geraakt, is geen broer van de terreurverdachte. De 17-jarige Palestijn opende volgens het leger het vuur op de militairen. Een andere Palestijnse man werd gisteren doodgeschoten nadat hij molotovcocktails had gegooid naar een Israëlische auto vlak bij de plaats al-Khader, bij Bethlehem. Volgens Palestijnse media was de man van 21 thuis en werd hij van achteren beschoten. Twee Israëliërs zijn afgelopen nacht door Palestijnen beschoten bij een onbemande controlepost in Nablus op de Westelijke Jordaanoever. Ze raakten daarbij lichtgewond. De twee waren op weg naar de graftombe van Jozef, een heilige plaats voor joden, die vorige week in brand werd gestoken door Palestijnen, dat meldt de Israëlische krant Haaretz. De incidenten volgen op de dood van twee Palestijnse vrouwen gisteren op de bezette Westelijke Jordaanoever. Nabij Bethlehem werd een Palestijnse vrouw door Israëlische militairen doodgeschoten. Volgens het Israëlische leger benaderde de vrouw hen op “verdachte wijze”. De militairen openden daarop het vuur. Bij het lichaam van de vrouw werd geen wapen aangetroffen. Volgens het leger negeerde de 47-jarige vrouw waarschuwingen van de militairen en een waarschuwingsschot. Ze werd geraakt in haar onderlichaam en overleed onderweg naar het ziekenhuis. In Hebron werd een Palestijnse vrouw doodgeschoten, volgens Israël omdat zij een agent van de grenswacht aanviel met een keukenmes. Dat gebeurde bij de ingang van de Ibrahimi-moskee, die joden kennen als de Tombe van de Patriarchen. De agent raakte lichtgewond. De spanning op de Westelijke Jordaanoever liep de afgelopen weken op. Israëlische militairen staan op scherp omdat Palestijnen de afgelopen tijd meerdere aanslagen pleegden in Israël. Daarbij kwamen veertien mensen om het leven. De Israëlische premier Naftali Bennett sprak van een golf van Arabische terreur. Omgekeerd spreken de Palestijnse autoriteiten van provocatie door het Israëlische leger, bijvoorbeeld in de stad Jenin. Militairen doen daar invallen, volgens de Israëlische autoriteiten om verdere aanvallen te voorkomen. Eerder werd duidelijk dat twee aanslagplegers uit de buurt van Jenin kwamen. De gouverneur van Jenin beschuldigt Israël ervan de lokale bevolking van het gebied “collectief te straffen”. Bij een inval in het vluchtelingenkamp van de stad werd zaterdag een Palestijn gedood. “Op het eerste gezicht zijn het allemaal afzonderlijke incidenten. Maar ze passen binnen een patroon van oplaaiend geweld en spanningen. Het Israëlische leger vreest voor nieuwe aanslagen, staat op scherp en voert extra invallen uit, waarbij ook Palestijnen gedood worden. En sommige Palestijnen lijken zich te laten inspireren door het eerdere geweld. Velen zien ook een verband met de ramadan, een periode waarin de spanning ieder jaar verder oploopt. En de komende weken komen daar ook nog eens joodse en christelijke feestdagen bij. Het einde van de escalatie lijkt voorlopig dus nog niet in zicht.”