De ogen van de wereld richten zich op de Donbas, de oostelijke regio van Oekraïne, waar Rusland nu zijn zinnen op heeft gezet. Het oorspronkelijke doel om heel Oekraïne op de knieën te krijgen is door Moskou terzijde geschoven of ten minste geparkeerd. Militair experts verwachten dat de strijd snel verder escaleert en zien dat zowel Oekraïne als Rusland zich klaarmaakt. “Beide partijen zijn, zoals wij dat noemen, aan het optoppen.” Generaal buiten dienst Ton van Loon, die les geeft aan de krijgsschool in Hamburg, waagt zich niet licht aan voorspellingen. Maar na de invasie van Rusland, nu ruim zeven weken geleden, wist hij al: het wordt niet gemakkelijk voor de Russen. Een oorlog op drie fronten bleek inderdaad te ambitieus voor president Poetin en ook het platbombarderen van steden, denk aan Marioepol, heeft de Oekraïners niet tot overgave gebracht. Van Loon wijst op het contrast met het Duitse bombardement van Rotterdam: “Het duurde ze in die meidagen op de Grebbeberg te lang, dus hebben ze Rotterdam gebombardeerd, waarna Nederland zich overgaf.” Op zo’n scenario hoopte Poetin, denkt Van Loon. Maar de Russen hadden volgens hem beter moeten weten. Hij verwijst naar de luchtaanvallen van de nazi’s op Londen in de Tweede Wereldoorlog. “De Duitsers dachten met de bombardementen de wil van de Engelsen te breken.” Maar ook uit de eigen geschiedenis had Poetin beter moeten weten: “Dat heet Stalingrad.” De Oekraïners zullen niet opgeven, zegt de generaal overtuigd. “Ze staan met de rug tegen de muur, alle Oekraïners zijn voor Poetin nazi’s die moeten worden vernietigd. De mentale component is extreem hoog.” Dat denkt ook Mart de Kruif, oud-commandant van de Landstrijdkrachten. “De wil om te vechten is altijd een beslissende factor bij militaire operaties. Natuurlijk moet je de juiste spullen hebben, maar de wil om te vechten is bepalend.” De Kruif zegt dat beide partijen “aan het optoppen” zijn. Rusland haalt “overal van alles vandaan. Vergis je niet in de veerkracht van het Russische leger, ze zullen geleerd hebben van hun fouten. De eerste fase is voor Rusland mislukt omdat ze nergens een militair zwaartepunt hadden. Dat hebben ze nu wel, daarom laten ze Kiev vallen, daarom gebeurt er in Odessa even niets.” Maar hij ziet ook dat Oekraïne zich opricht en versterkingen stuurt naar het oosten. “Ze verplaatsen hun schaakstukken.” De Kruif schat dat er straks zo’n 120 Russische eenheden van duizend militairen zijn. Oekraïne zal ongeveer eenzelfde aantal op de been brengen, verwacht hij. Oekraïne heeft minder tanks, minder pantservoertuigen, maar niet per se minder mensen. En die kunnen ze verplaatsen, in kleine eenheden, schetst hij. “Dat Oekraïners plaatselijk verslagen gaan worden is onvermijdelijk, maar als de Russen de diepte ingaan worden zij ook kwetsbaar. Eigenlijk zuig je de Russen een gebied in waar hun aanvoerlijnen langer worden. Als je de Russen voortdurend op die aanvoerlijnen aanvalt, zal dat intens zijn. Voor beide kanten gaat de slijtage van dit gevecht heel snel.” De steun die Oekraïne krijgt vanuit het Westen zal cruciaal zijn, benadrukt Van Loon. Daarbij helpen vooral antitankwapens, luchtafweersystemen, “liefst eenvoudig te bedienen”. Het Westen moet volgens hem Oekraïne de onvoorwaardelijke boodschap blijven geven: we steunen jullie, wat er ook gebeurt. “En aan Poetin moet die boodschap zijn: wat je ook aan terrein wint, je wint er niets mee. Als ik erop moet wedden, denk ik dat je er rekening mee moet houden dat Rusland een deel van Loehansk en Donetsk in handen krijgt, misschien Marioepol, misschien iets meer. Maar dan bevriest het conflict. Dan zitten we in een nieuwe Koude Oorlog waarbij Rusland de sancties niet opgeheven krijgt. Dat is een ontzettend hoge prijs voor iets wat compleet kapot is.” Maar een nog hogere prijs betalen de burgerslachtoffers, weet ook Van Loon. “Zaterdag hadden we een reünie van een eenheid die in 1999 in Kosovo was. Ik zei tegen die jongelui: als ik naar Boetsja kijk, kan ik de lijken ruiken. Die lucht gaat nooit meer weg.” Het gaf dan ook voldoening toen de Servische president Milosevic destijds naar Den Haag werd gebracht. “Toen het bericht kwam dat hij naar het Joegoslaviëtribunaal op weg was, ben ik naar de duinen gewandeld. Ik heb de aankomst voor mezelf bekeken. Ik hoop heel erg dat ik een keer de gelegenheid krijg om Poetin te zien aankomen, al vrees ik dat dat niet gaat gebeuren.” Het Rode Kruis heeft de grootste moeite om mensen in nood in Oost-Oekraïne te helpen. De hulporganisatie probeert bijvoorbeeld al langer om de belegerde stad Marioepol te bereiken, die volledig omsingeld is maar waar Oekraïense strijders nog altijd verzet bieden. “Het is extreem moeilijk”, zegt directeur Marieke van Schaik vanuit het westelijk gelegen Tsjernivtsi, waar gisteren nog een trein met zo’n 500 mensen uit het oosten aankwam. “Bij elk checkpoint op weg naar Marioepol zijn afspraken over een veilige doorgang niet doorgekomen. Dat betekent elke keer nieuwe onderhandelingen. Uiteindelijk zijn we tot 20 kilometer van Marioepol gekomen.” Het is een heel dynamisch conflict, wat het heel gevaarlijk maakt voor inwoners maar ook voor de hulpverleners die hen proberen te bereiken. “Ik hoop dat het conflict zich iets meer stabiliseert, zodat duidelijk wordt waar het veilig is en waar niet, dan is de bevoorrading makkelijker.” Het Rode Kruis schat dat inmiddels de helft van de mensen de Donbas-regio heeft verlaten of op het punt staat dat te doen. De mensen die blijven zijn ouderen, mensen met een beperking of zij die geen geld of geen auto hebben om weg te gaan. Voor achterblijvers is het volgens de organisatie niet of nauwelijks mogelijk een veilig heenkomen te zoeken.
Fridays for Future: Neuer Treibstoff für die Bewegung
Am Donnerstag präsentierten die Aktivist*innen von Fridays for Future ihre Forderungen an die nächste Bundesregierung. Auch Los Angeles war Thema. mehr…