Hoe organiseer je in minder dan een jaar tijd de grootste televisieshow van Europa? Na het winnen van het Eurovisie Songfestival is dat de kwestie waar de publieke omroep van het winnende land mee wordt ‘opgescheept’. De strekking daarbij was steevast: het Songfestivalwiel opnieuw uitvinden, en dat elk jaar weer opnieuw. Dat moest anders kunnen, dacht de Nederlandse organisatie vorig jaar. Na de winst van Duncan Laurence in 2019 bleek namelijk dat er nauwelijks een draaiboek klaarlag voor het organiseren van het evenement, dus stelde de organisatie zichzelf als doel een blauwdruk neer te leggen voor toekomstige organisaties. Dat is “deels” gelukt, zegt Sietse Bakker een jaar later, met de finale morgen in het Italiaanse Turijn op het programma. Bakker was eindverantwoordelijk voor het Songfestival in Rotterdam. Nu is hij in Turijn namens de European Broadcasting Union (EBU). Bakker: “Toen ik hier aankwam, wist ik bijna meteen de weg. De indeling is namelijk precies hetzelfde als in Rotterdam Ahoy. Daar hebben de Italianen zich door laten inspireren.” Op andere onderdelen is het maken van een blauwdruk minder geslaagd, zegt Bakker. “Vorig jaar zaten we nog praktisch in een lockdown en ook nu zitten we nog in een soort schemergebied.” Volgens hem is het daardoor nog steeds niet het Songfestival “zoals de kijker dat normaal gewend is”. Wat wel opvalt is dat er in Italië achter de schermen veel Nederlanders meewerken, ook op belangrijke posities. Denk aan technici voor het licht en geluid, producers die de acts begeleiden, het hoofd van de technische productie en de ‘scheidsrechter’ van het Songfestival; allemaal komen ze uit Nederland en werkten ze vorig jaar ook mee aan het evenement in Rotterdam. Ook de Nederlandse Samya Hafsaoui heeft een prominente rol bij het Songfestival in Turijn, zo laat ze zien in deze video: Riepen de Italianen de hulp van de Nederlanders in, omdat ze het anders zelf niet konden? Dat is niet het geval, zegt Maxime Klein Nagelvoort, die dit jaar opnieuw als producer bij het Songfestival werkt. “Maar je moet in driekwart jaar een heel evenement organiseren. Dan is het geen schande om mensen te vragen die al ervaring hebben.” Klein Nagelvoort bereidt de podiumacts van alle veertig landen voor. “Denk dan aan de props, het licht en het camerawerk”. Vorig jaar deed ze dat ook voor de winnende band Måneskin in Rotterdam. “En nu Italië het zelf mocht organiseren, hebben ze mij gebeld.” Twan van de Nieuwenhuijzen is dit jaar wederom de zogenoemde ‘head of contest’. Hij houdt als een soort scheidsrechter in de gaten of de wedstrijd eerlijk verloopt. “Een groot verschil is dat het Songfestival in Italië niet zo groot is als in Nederland”, zegt Van de Nieuwenhuijzen. “Tot voor kort keken er maar een half miljoen mensen naar. De traditie was er niet, net als de ervaring. Die hebben ze gezocht en bij mij deels gevonden.” Sietse Bakker vult hem aan: “Het is ook toeval dat er dit jaar belangrijke plekken in de organisatie vrijkwamen”. Een aantal Songfestivalmedewerkers vertrok naar de Verenigde Staten om daar mee te werken aan de eerste editie van het Amerikaanse equivalent van het Songfestival: The American Song Contest. Bakker: “In de tussentijd moesten de Italianen in korte tijd een team samenstellen, dus ze konden wel wat handjes gebruiken”. Zijn er dan nog wel verschillen tussen de Italianen en de Nederlanders? “Zeker”, zegt Twan van de Nieuwenhuijzen lachend. “De Italianen vinden ons Nederlanders overdreven gestructureerd. En wij vinden de Italianen soms een tikkie chaotisch, wat ze ook zijn.” Producer Klein Nagelvoort beaamt dat: “In Nederland gaan we alles van moment één tot in de puntjes organiseren. Hier is dat anders. Ze wachten wat meer, doen rustig aan.” Dat leidt soms tot confrontaties. Van de Nieuwenhuijzen: “Dan zeg je tegen ze dat wel iets eerder hadden kunnen regelen en dan volgt als reactie: ‘Dat komt morgen wel'”. Volgens Klein Nagelvoort was dat met name in het begin “wel even wennen”. Ze noemt het tegelijk “de charme” van het Songfestival. “Je zult ermee moeten dealen.” De kijker merkt weinig van dat alles, beaamt iedereen. “Hier in Italië is het iets meer op het laatste moment en meer improviseren. Maar de Italianen kennende: uiteindelijk komt het allemaal wel weer goed”, zegt Sietse Bakker. De Nederlandse S10 treedt morgen als elfde op in de finale van het Songfestival. En dat is best bijzonder, als je bedenkt waar ze vandaan komt, zo vertellen twee muzikanten die met haar samenwerkten in podcast De Dag. Koen van de Wardt, van de Nederlandse band Klangstof, ontmoette Stien al in haar ‘donkere periode’ en herkende direct haar talent. Ze had volgens hem de muziek echt ‘nodig’. Ook harpist Remy van Kesteren, met wie S10 samenwerkte voor het album ‘Vlinders’, is onder de indruk van haar grote muzikale talent. Ze durft te improviseren, te experimenteren en zich breed te oriënteren. “Dat doen alleen de hele groten.” De podcast beluister je via deze link en via je favoriete podcast-app.
Studenten en stakende scriptschrijvers verstoren speech Warner Bros.-baas in VS
Studenten van de Boston University en stakende scriptschrijvers hebben een toespraak die Warner Bros.-topman David Zaslav hield in Boston verstoord uit onvrede over de vastgelopen onderhandelingen in de film- en…