Het gaat nog tot zeker na Pasen duren voordat er weer treinen kunnen rijden tussen Den Haag en Leiden na het zware treinongeluk van gisteren. Nog altijd wordt op de locatie onderzoek gedaan. Vijf vragen over het treinongeluk. Dat is de hamvraag en daar is nu nog weinig duidelijkheid over. Onder meer de Onderzoeksraad voor Veiligheid bekijkt wat er precies is gebeurd, maar wil daar pas iets over zeggen als het onderzoek klaar is. Wat zeker is, is dat rond 03.20 uur gisternacht een goederentrein tegen een mobiele kraan van bouwbedrijf BAM botste. Het bouwbedrijf was ingehuurd voor nachtelijk werk aan het spoor. Daarvoor werden twee van de vier sporen bij Voorschoten vrijgehouden. De goederentrein reed volgens ProRail waarschijnlijk niet op die twee sporen, maar op een van de andere twee. Na de botsing reed een passagierstrein van NS op resten van de mobiele kraan. Waarschijnlijk zijn delen van de kraan door de botsing met de goederentrein terechtgekomen op het spoor van de passagierstrein. Hoeveel tijd er tussen de twee botsingen zat, is nog onbekend. Lezingen van getuigen lopen uiteen van minder dan een minuut tot vijf minuten. Van de goederentrein is dat nog niet bekend. Bij de passagierstrein wordt vermoed dat die een hoge snelheid had. Station Voorschoten was vlakbij, maar daar hoefde de reizigerstrein niet te stoppen. “Dat lijkt het vermoeden te bevestigen dat de passagierstrein daar een normale snelheid heeft gehad”, zei ProRail-woordvoerder Aldert Baas in het NOS Radio 1 Journaal. Openbare gps-data van de passagierstrein, verzameld door treinposities.nl, lijken dat te bevestigen. De trein vertrok om 03.23 uur vanaf station Leiden Centraal. Rond 03.26 uur reed de trein bij Voorschoten en was de snelheid zo’n 137 kilometer per uur. Dat is op dat traject een snelheid die is toegestaan. Hoewel de exacte tijd nog niet bevestigd is, lijkt de trein daarna om 03.27 of 03.28 uur tegen delen van de kraan gebotst te zijn. Naast het OVV-onderzoek doet ook de politie onderzoek in opdracht van het Openbaar Ministerie. Daarmee kan worden bepaald of er een schuldige aan te wijzen is. “Het is een grote uiteengevallen puzzel die wij onderzoeken”, zegt politiewoordvoerder Dennis Janus. “We willen die puzzel compleet hebben. Wat er is gebeurd, hebben we kunnen zien, maar hoe het gebeurd is, bekijken we. We lopen alle scenario’s af. We kijken bijvoorbeeld naar de installaties zoals wissels, de techniek, maar we gaan ook mensen horen.” Dat kan nog wel een flinke tijd duren. Janus: “Dit soort onderzoeken zijn complex. Er komen veel dingen bij kijken die onderzocht moeten worden.” De politiewoordvoerder wil geen uitspraken doen over wanneer het onderzoek zal zijn afgerond. “Maar de ervaring leert dat dit eerder maanden dan weken duurt.” Daarvoor moet eerst al het onderzoek ter plaatse zijn afgerond. De politie en de OVV maken onder meer foto’s en brengen alles in kaart. Daarna wordt de plek pas vrijgegeven. De goederentrein is al deels weggehaald, maar voor de personentrein is dat lastiger. Die staat deels in een weiland. Om die trein weg te krijgen, moet een constructie worden gebouwd en zwaar materieel worden ingezet. Pas als alle wagons weg zijn, kan worden begonnen met het herstellen van het vernielde spoor en de bovenleidingen. Op dit moment staat 11 april genoemd als mogelijke einddatum, maar het kan later worden. ProRail-woordvoerder Baas: “Het zal een ongelofelijke inspanning vergen om dat überhaupt te kunnen halen.”